Ijskoude jaren: Hoofdstuk 3, deel 2

Zoals de meesten van jullie al weten heb ik in 2013 een boek uit mogen geven met de titel ‘ Ijskoude jaren’

Afgelopen maanden heb ik al eerdere hoofdstukken gedeeld, mocht je ze gemist hebben;

DEEL 1 , DEEL 2, DEEL 3

doc18366020150714074045_001

Ijskoude jaren vertelt het verhaal van mijzelf, een meid in de bloei van haar leven, in gevecht tegen een eetstoornis. Wat begint met een voorzichtige lijnpoging, mondt uit in een levensbedreigend ondergewicht. Geobsedeerd door eten, en dan vooral niet eten. Mijn ouders raken bezorgd en na een afspraak met de huisarts, volgt een opname in het ziekenhuis. Met behulp van therapie met lotgenoten en een strak voedingsprogramma, klim ik er langzaam weer bovenop. Een gedetailleerd en indrukwekkend levensverhaal waarin wordt verteld wat een eetstoornis met iemand kan doen en hoe het iemands leven en omgeving beïnvloedt.

Graag deel ik in dit bericht hoofdstuk 3, deel 2 uit mijn boek:

Ik was geobsedeerd door afvallen. Er moest nog veel meer af, want overal waar ik keek zag ik vet. De weegschaal was mijn vriend en vijand. Elke ochtend en avond moest ik mijzelf naakt wegen. Bijna altijd was ik afgevallen, maar het was nooit genoeg. Die ene appel of boterham kreeg dan de schuld en mocht ik de volgende dag helemaal niks eten en moest ik nog meer bewegen. Vooral mijn buik was in mijn ogen nooit slank genoeg. Een aantal meiden op mijn school kregen door dat ik niet al te sterk in mijn schoenen stond en hebben mij regelmatig gepest zonder dat iemand het ook maar door had. Dat en de steeds benauwdere situatie thuis deed mij de das om. Honger, constante honger. Ik werd een meester in het negeren ervan. En elke keer als ik er niet aan toegaf voelde ik mij oersterk. Het gaf een kick.

De avondmaaltijden waren moeilijk. Het liefst at ik helemaal niks meer, maar dan ging het thuis teveel opvallen. Ik werd goed in het net doen alsof ik genoeg at, maar eigenlijk amper iets binnenkreeg. En het werkte, want het viel niemand op. Wel kreeg ik thuis steeds vaker de vraag of het wel goed met mij ging en de opmerking dat ik wel erg dun werd. Ik verkeerde toen al in een stadium van totaal niet meer helder na kunnen denken. Alle opmerkingen gaf ik de verkeerde interpretatie. ‘ Dun is niet mager!’ Jullie zijn gewoon jaloers en willen mij weer dik hebben. Zo krom kan een mens gaan denken dus. Later in het genezingsproces kom je erachter dat de ziekte je van die lelijke dingen laat denken. Je bent jezelf niet meer. Het afvallen ging mij nog steeds niet hard genoeg doordat ik thuis toch af en toe iets moest eten. De bewegingsdrang werd hierdoor steeds sterker. Ik fietste toen al elke dag 20 kilometer, maar dat was niet genoeg. Hierbij kwamen dus de buikspieroefeningen en de trap honderden keren op en af lopen. En toch, elke keer als ik in de spiegel keek was mijn buik te dik. Ik zag wel dat ik was afgevallen, maar mijn buik was nooit plat genoeg.

Als ik nu foto’s terugzie uit die periode schieten de tranen mij in de ogen. Ik was brood en broodmager. Hoe kon ik toch zo’n vertekend zelfbeeld hebben? Wat heb ik mijn lichaam aangedaan in de bloei van mijn leven?

Waar ik mij ook nog steeds over verbaas is dat mijn cijfers op school alleen maar hoger werden. Ik heb daar trouwens nooit een opmerking gekregen. Zelfs mijn mentor, die ik toch regelmatig zag en ook sprak heeft nooit gevraagd of het wel goed met mij ging. Dit neem ik de school nog steeds kwalijk. Opletten of er iemand buiten de groep valt of gepest wordt is ook een taak van de leerkrachten. En vooral van een mentor! Het enige wat hij zei was dat ik zo goed kon leren en dat zeker vol moest houden. Vanuit school is er nooit een telefoontje gekomen naar mijn ouders met de vraag of er iets met mij aan de hand zou kunnen zijn en of hulp nodig had. NOOIT!

Vinden jullie dat het opletten of iemand gepest wordt ook een taak is van de school? En zijn jullie vroeger gepest?

Ik ben weer erg benieuwd naar jullie reacties!

9 gedachtes over “Ijskoude jaren: Hoofdstuk 3, deel 2

  1. Galina zegt:

    Mijn beste vriendin is lerares Engels op een school en zij vertelt mij af en toe echt heel nare verhalen over hoe het er soms aan toe gaat. Zij is een lerares met enorme passie en drive voor haar vak en voor haar leerlingen, zet zich er keihard voor in, ook in haar vrije tijd. Ze heeft me wel eens verteld dat ze geprobeerd heeft een kind te helpen dat wordt gepest, maar buiten luisteren naar het verhaal kan ze eigenlijk niets, want haar ‘macht’ stopt bij de schoolpoort. Tóch zegt ze dat ze het blijft doen, aangezien er op een goede dag een moment komt dat ze wél kan helpen en dat moment wil ze niet per ongeluk missen door haar gevoel van machteloosheid.

    Ik ben het echt volledig eens met je dat jouw leraren iets hadden moeten zien en daar zeker weten ook naar hadden moeten vragen. Al was het om jou een luisterend oor te bieden. Ik denk dat dat al veel helpt. Ik vind de hoofdstukken tot nu toe echt ontzettend interessant om te lezen (bewaar ze ook altijd voor ’s avonds zodat ik ze aandachtig kan lezen). Kan me voorstellen dat het niet altijd even makkelijk was om dat allemaal op te schrijven. Keep it up!

    • Bedankt Galina, voor je mooie reactie. Nee, het was en blijft nog steeds een struggle als ik het teruglees en plaats. Het roept pijnlijke herinneringen op. Maar het werkt ook weer een andere kant op. Het roept een heel sterke overlevingsdrang op.

  2. Ik ben ook gepest toen ik op de middelbare school zat. In die tijd en omgeving was daar geen aandacht voor. Toen mijn dochter naar de middelbare school ging, dreigde haar hetzelfde te gaan gebeuren. Ik heb toen meteen contact opgenomen met haar mentor, die heeft dit besproken met alle docenten die zij had en als een ‘team’ hebben ze dat goed in de gaten gehouden en het pesten meteen in de kiem gesmoord. Mijn dochter heeft er gedurende de rest van haar schoolcarrière nooit meer last van gehad, sterker nog, ze heeft er juist heel fijne vriendschappen opgebouwd.
    Zo kan het dus ook.

    Dus ja, de school kan daar wel degelijk wat aan doen. Maar docenten zien het niet altijd. En ik weet niet of je hen dat kwalijk kunt nemen. Ik ben zelf ook docent geweest en soms heb je meer dan 30 kinderen voor je snufferd. Je bent ook maar een mens, je kunt niet alles zien en ‘zo af en toe’ moet er ook nog ‘een beetje’ les worden gegeven. Dat vergt ook veel aandacht en energie!

  3. Nesrin - Daily Cup of Bla Bla Bla zegt:

    Heftig Kelly…
    Hoe gaat het nu met jou? Zo een verleden sleep je mee naar het hier en nu en ik vraag mij af hoeveel impact het nog heeft.

    Ik vind het ontzettend knap dat je dit deelt.

    • Veel hoor Nesrin. Deze periode heb ik redelijk af kunnen sluiten, maar 3 jaar geleden toen ik dit boek schreef zat ik in een hele grote terugval, en ben nu nog steeds herstellende. Wel was het deze keer heel anders. Ook vreemd. Wel wist/weet ik nu dat je totaal eetstoornisvrij kan zijn na zon heftige periode. Genezen kan echt! , dus ik heb iets om mij aan vast te houden!

      • Nesrin - Daily Cup of Bla Bla Bla zegt:

        Wow ik vind het ontzettend mooi hoe je dit neerzet! “Genezen kan echt” zijn woorden met power.
        Ik “ken” jou niet persoonlijk maar toch voel ik een geweldige portie aan power bij jou.

  4. Ellen zegt:

    pesten op school maar ook op de werkvloer en in verzorgingstehuizen gebeurt het. Vreselijk.Heb ook zelf meegemaakt dat drie dames in een verzorgingstehuis bij het sjoelen anderen buiten sloten. Het maakt me verdrietig.
    Een eetstoornis, en andere stoornissen komen vaak voort uit het niet goed om kunnen gaan met emoties. Als ik spanningen at ging ik eten totdat je je realiseert wat je aan het doen bent en het de oorzaak niet oplost. Toch verval ik heel snel weer hierin. Hebben anderen hier ook ervaring mee ?

    Dikke kus meis
    xxxxx

Plaats een reactie