Ijskoude jaren: Hoofdstuk 2

Zoals de meesten van jullie al weten heb ik in 2013 een boek uit mogen geven met de titel ‘ Ijskoude jaren’

Het boek is onder andere te bestellen bij : Boekscout.

Vorige maand heb ik hoofdstuk 1 gedeeld. Mocht je het gemist hebben? KLIK

doc18366020150714074045_001

Ijskoude jaren vertelt het verhaal van mijzelf, een meid in de bloei van haar leven, in gevecht tegen een eetstoornis. Wat begint met een voorzichtige lijnpoging, mondt uit in een levensbedreigend ondergewicht. Geobsedeerd door eten, en dan vooral niet eten. Mijn ouders raken bezorgd en na een afspraak met de huisarts, volgt een opname in het ziekenhuis. Met behulp van therapie met lotgenoten en een strak voedingsprogramma, klim ik er langzaam weer bovenop. Een gedetailleerd en indrukwekkend levensverhaal waarin wordt verteld wat een eetstoornis met iemand kan doen en hoe het iemands leven en omgeving beïnvloedt.

Graag deel ik in dit bericht hoofdstuk 2 uit mijn boek:

Terugkijkend op mijn kindertijd verschijnt er een glimlach op mijn gezicht. Het was een goede tijd. Ik kan zeggen dat ik echt gelukkig was. Onzeker, maar gelukkig. Ik had er nog geen idee van hoe snel dat allemaal zou gaan veranderen.

De betekenis van anorexia nervosa staat omschreven als : door psychische en of sociale factoren gebrek aan of verlies van eetlust.

Dit vind ik niet correct. Bij anorexia heb je zeker nog wel eetlust. Alleen weet je dit uitermate goed te negeren. Je eet weinig tot helemaal niet, maar de eetlust en honger zijn zeker wel aanwezig.

Ik weet dit zelf maar al te goed, omdat ik maar liefst 5 jaar aan deze rotziekte heb geleden. Vijf jaar lijkt niet lang op een heel leven. Je leest en hoort vaak genoeg verhalen dat er mensen zijn die al hun hele leven tegen deze ziekte aan het vechten zijn. Voor mij voelde die vijf jaar als oneindig.

De tijd voor het voortgezet onderwijs brak aan. Mijn kindertijd was voorbij. Zo voelde het voor mij. Iedereen zag nieuwe kansen. Ik alleen maar angst. Niet meer tussen de middag naar huis op vijf minuten loopafstand. Nooit meer het spelletje jongens-en-meidenpakkertje op het oude vertrouwde schoolplein. De klas viel uit elkaar. Er moesten keuzes gemaakt worden. Nieuwe scholen en er werd zelfs al gepraat over ‘ wat je later wilde worden’.

Raar eigenlijk, dat je als klein kind al heel goed weet wat je wilt worden. Ik wist zeker dat ik balletdanseres, dokter of kunstenares zou worden. Later veranderde dat in schrijfster en actrice. Maar op het moment dat je de keuze mag gaan maken, weet je het ineens niet meer. Doodeng vond ik het allemaal.

We hadden het voorgaande jaar al een aantal opendagen van scholen bezocht. Mijn keuze viel op een school dicht bij huis. Het was een praktijkgerichte school met veel creatieve vakken. Alleen kreeg ik een advies voor havo/vwo en de praktijkgerichte school had alleen mavo. Ik kon goed leren. Ook veel vriendinnen kozen voor een school in een andere plaats. Ik zag dat totaal niet zitten, maar helemaal alleen naar een nieuwe school ook niet. Achteraf gezien heb ik toen echt de verkeerde keuze gemaakt. De nieuwe school was te groot, met teveel leerlingen en te ver van huis. Het fietsen er naar toe met de hele groep was gezellig, maar zodra ik ik de school in zicht kreeg werd ik overvallen door onzekerheid en vond ik het heel erg moeilijk om mezelf te zijn. Het enige lichtpuntje was dat mijn broer op dezelfde school zat. Als ik hem dan af en toe tegen kwam, was ik weer even opgelucht door iets vertrouwds van thuis te zien.

Ik probeerde het echt. Mezelf aan te passen, mee te komen met de rest. De lesstof kon ik prima aan en mijn cijfers waren hoog. Maar iedereen had al nieuwe contacten gelegd, vriendinnen kregen vriendjes en bleven vaak hangen als de school uit was. Ik probeerde het ook allemaal. Deed mezelf veel stoerder voor dan ik werkelijk was.  Maar in mijn hart schreeuwde ik het uit.

Het brugjaar , zoals ze de eerste klas noemen, ben ik aardig zonder kleerscheuren doorgekomen. Het was moeilijk, maar het was nog wel een aardig vertrouwd groepje vrienden waarmee ik elke dag omging. Ook ik ging de nieuwe kansen zien. Nog steeds onzeker, maar ik kwam blijkbaar sterker over. Ik lag goed in de groep en werd niet, zoals ik wel bij andere zag, gepest.

Uiteindelijk ging ik met een uitstekend rapport over naar VWO 2.

8 gedachtes over “Ijskoude jaren: Hoofdstuk 2

  1. Nesrin - Daily Cup of Bla Bla Bla zegt:

    De stap van de basisschool naar de middelbare is groot en naar mijn mening te groot.

    Fijn dat je toch het eerder jaar goed hebt afgesloten met vrienden. Ik ben heel benieuwd naar jouw boek 😉 staat op mijn lijstje.

  2. Galina zegt:

    Ik ben echt van mening dat kinderen op veel te jonge leeftijd voor keuzes worden gesteld. Ik ben juriste, want ik had gymnasium advies en mensen die rechten studeren komen ergens in het leven. Althans, dat is wat mij is verteld. Ik heb geen spijt van mijn opleidingen hoor, maar achteraf had ik echt iets anders gedaan. Iets creatievers. Alleen destijds wist ik het allemaal niet zo goed. Ik begrijp de druk die je beschrijft dus wel. Heel leuk dat je dit deelt!

  3. Enerzijds sluit ik me aan bij Nesrin en Galina. Ik vind ook dat je veel te vroeg keuzes moet maken die vaak andere keuzes bij voorbaat uitsluiten. Er zijn maar heel weinig kinderen die op jonge leeftijd al rotsvast weten wat ze later willen gaan doen.
    Maar aan de andere kant valt mij ook op dat jouw angst blijkbaar groter was dan die van andere kinderen om een keuze te maken. Heb je enig idee hoe dat komt?

    • Waarschijnlijk heeft dat alles met mijn hooggevoeligheid te maken. Bij mij komt alles 100x sterker binnen dan bij de meesten mensen. Maak mij daardoor dus snel veel drukker om deze situaties.

  4. Een boel herkenning – zeg! Ik vind het ook enorm vreemd dat men denkt dat iemand met een eetstoornis geen honger kan hebben. Ik heb tranen met tuiten gehuild om alles wat ik niet mocht eten!

Plaats een reactie